Dit lijvige boek richt zich rechtstreeks tot hoog sensitieve personen (HSP's), die zich persoonlijk aangesproken en begrepen zullen voelen bij het lezen van dit boek, daar de auteur de lezer rechtstreeks aanspreekt. De schrijfstijl maakt dat sommige lezers zich misschien te snel zullen herkennen in bepaalde voorbeelden die in het boek opgenomen zijn. In het gedetailleerde voorwoord legt Elaine Aron in heel eenvoudige taal uit wat 'hoog sensitief' inhoudt en ze overloopt de verschillende therapievormen. Daarna onderwerpt zij de lezer aan een aantal tests en vragenlijsten waardoor deze zichzelf al dan niet als HSP kan definiëren. De auteur geeft ook een aantal oefeningen om het leven van een HSP draaglijker en aangenamer te maken. Ze legt uit dat er twee soorten HSP's zijn, nl. de angstige en depressieve mensen die gebukt gaan onder een problematische jeugd en een tweede categorie, de HSP die minder angstig is en een fijne jeugd heeft gehad. De hoeveelheid stress dat een HSP-kind ondervindt, is bepalend.

In dit boek gaat het erom je leven in een nieuw kader te plaatsen, rekening houdend met je sensitiviteit. Vaak wordt sensitiviteit verward met verlegenheid, maar sensitiviteit is aangeboren en verlegenheid is verworven. Aron bespreekt op een duidelijke manier de kenmerken en de mogelijke oorzaken van verlegenheid, alsook de verschilpunten met sensitiviteit. Hoog sensitieve personen zijn gevoeliger voor een problematische jeugd, omdat zij sneller details overzien, sneller overprikkeld raken en vlugger van hun stuk worden gebracht. Ze brengt het verschil in kaart tussen een sensitieve jongens- en meisjesjeugd. Ook schenkt zij aandacht aan verliefdheden en relaties van HSP's. Opmerkelijk is dat deze mensen er vaker voor kiezen alleenstaand te zijn en intieme relaties met vrienden of familie belangrijker vinden dan een liefdesrelatie. Het vinden van een juiste balans tussen intimiteit en afstand is heel moeilijk. Vaak refereert zij naar Jung die uitvoerig over sensitiviteit geschreven heeft. Ze beveelt dan ook jungiaanse analyse aan, met nadruk op het onbewuste en dit met een bijkomende spirituele dimensie. De auteur gaat in op de twee soorten geneesmiddelen die het vaakst door HSP's gebruikt worden: antidepressiva en benzodiazepines.

Op het einde van het boek vindt men tips voor hulpverleners, leraars en werkgevers. Een literatuurlijst ontbreekt. De auteur heeft een vlotte pen en het boek is heel aangenaam om lezen. [Hilde Vanderheyden] Verberg tekst

Mensen die in hoge mate gevoelig zijn voor hun omgeving, kunnen daar behoorlijk veel last van hebben. De auteur, psychologe, hoogleraar en schrijfster, is zelf wat zij noemt een hoogsensitief persoon (HSP). Uit onderzoek blijkt dat ongeveer 20% van de bevolking hoogsensitief is: men is bewuster, gevoeliger, ingetogener dan anderen en daardoor sneller van slag door chaos, harde geluiden of mensenmassa's. De aanpak van het boek berust op vier pijlers: zelfkennis verwerven, een nieuw kader scheppen, oude wonden helen en omgaan met sensitiviteit. In tien hoofdstukken gaat de auteur in op 'de feiten' van het sensitief zijn en op 'de uitdaging' van een nieuwe manier van omgaan met eigen gevoeligheden. Een interessante benadering van het fenomeen dat veel mensen door hun constitutie snel last hebben van 'te veel stimulatie'. Het boek bevat tips en beschouwingen onder meer over medicijnen en over de ook aanwezige voordelen van een bovengemiddelde sensitiviteit. Met eindnoten.